DE BENGAAL

Raskenmerken en eigenschappen

De Bengaal is oorspronkelijk een kruising tussen een gewone huiskat en een Bengaalse Tijgerkat de Felis Bengalensis , in de VS de Asian Leopard Cat genoemd de oorspronkelijke herkomst plaat is dan ook de Verenigde Staten. In 1967 kocht Jean Mill (een fokster, "Millwood" op de stamboom) een Asian Leopars Cat ,een Felis Prionailurus Begalensis, het was een wilde kat een soort miniatuur luipaard met een gevlekte vacht een goede zwemmer en een uitstekende visser. Ze kruiste de kat met een Amerikaanse Shorthair poes om zo een ras van een tamme kat te creëren met een kenmerkend uiterlijk van een wilde kat. De poezen die uit deze kruising voortkwamen waren vruchtbaar ze werden terug gekruist met hun vader en dit leverde kittens op met een gevlekte vacht en daarmee was de Bengaal ontstaan. Het doel was een tamme kat met een wild uiterlijk maar met een zeer lief en betrouwbaar karakter. In 1983 werd het ras bij de TICA geregistreerd.

Het karakter van de Bengaal

De Bengaal is evenwichtig en makkelijk in de omgang mits er voldoende liefde en aandacht aan gegeven is door de fokker, zodat het goed gesocialiseerde katten zijn. Desondanks is zijn jacht instinct en beweeglijkheid groter dan bij de gemiddelde kat. Ze zijn zeer actief, maar ook erg lief , ondeugend , aanhankelijk en soms een beetje wild zeker als ze ergens achteraan gaan zoals muggen en vliegen. De Bengaal houdt van lichaamsbeweging en heeft daarom ook de ruimte nodig. Hij is gek op water en als ze maar enigszins water horen of zien, zijn ze er als de eerste bij om er maar een speelpoel van te maken. Ze zijn dan ook regelmatig in de badkamer te vinden. De Bengaal is ook erg gesteld op gezelschap, hoewel ze zich ook alleen kunnen vermaken als ze maar voldoende speel mogelijkheden hebben, maar hij heeft nog steeds de voorkeur aan gezelschap en het maakt dan ook niet uit welk ras. Ze zijn zeer sociaal en kunnen bijna met elk ras overweg, ook met honden en andere dieren. De Bengaal is ook erg nieuwsgierig ze willen graag weten wat je doet en helpen dan op hun manier mee en volgen je de gehele dag door. Ook zijn ze dol op klimmen en kunnen geen genoeg krijgen van intelligentie spelletjes. Ze kunnen enorm hoog en ver springen en bekijken het liefst alles vanaf een grote hoogte. Als u geduld heeft kunt u hem van alles leren. Zie hiervoor de vele filmpjes op YouTube.

Het uiterlijk

(Afgeleid van de TICA standaard)
Algemeen: Het doel van het fokken van de Bengaal is een gedomesticeerde kat met het uiterlijk van zijn wilde voorouder. De voorkeur wordt gegeven aan die dieren, die qua bouw en aftekening verschillen van andere rassen.

KOP
In verhouding tot het lichaam een tamelijk kleine kop met afgeronde lijnen,de kop is langer dan breed, heeft een brede afgeronde wigvorm met een breed snuitje met goed ontwikkelde snorhaarkussens, hoge jukbeenderen en een stevige kin. Lange brede neus, die doorloopt tot boven de ogen en overgaat in een afgerond voorhoofd. De neus op zich vertoont een licht concave lijn.

OREN
Vrij kleine, relatief korte oren met afgeronde toppen, die breed aan de basis en wijd uit elkaar geplaatst zijn, de lijnen van de kop voortzettend. Ze wijzen iets naar voren. Pluimpjes op de oren zijn ongewenst.

OGEN
Grote, ovale bijna ronde ogen die niet mogen uitpuilen.Ze zijn enigszins schuin geplaatst, wijd uit elkaar. De oogkleur is niet belangrijk, wel de intensiteit. Geen blauw bij de tabby Bengalen.

NEK
Lang en stevig gespierd. Fors ten opzichte van kop en lijf.

LICHAAM
Lang en krachtig met een oplopende ruglijn. Het lichaam mag niet oosters of semi-oosters zijn.

POTEN EN VOETEN
Zeer stevige, goed gespierde poten gemiddeld van lengte. De achterpoten zijn langer dan de voorpoten. De voeten zijn groot, rond met flinke knokkels. Stevige botstructuur.

STAART
Staart gemiddeld van lengte, dik, naar de punt toe smaller wordend en rond eindigend.

VACHTSTRUCTUUR
De vacht is kort, dik, vol en goed gesloten. Hij voelt ongewoon zacht aan. Langere vacht bij kittens toegestaan.

NIET TOEGESTAAN
1-verticaal geplaatste spotten
2-ronde oestervorm bij marbels [Bengaals gemarmerd (=blotched) patroon]
3-verschil in kleur tussen points en lichaam bij Sneeuwbengalen
4-witte vlekken anders dan “ocelli” (duimafdrukken)

AFTEKENING

Bij de Bengalen onderscheiden we twee basispatronen : het spotted patroon en het gemarmerde patroon. Het spotted patroon bestaat uit ronde of driehoekige vlekken, die willekeurig of horizontaal geplaatst

zijn. De voorkeur wordt gegeven aan rozetten: rondom een duidelijk

lichter, warmer centrum gegroepeerde vlekjes, of speerpunten of

doughnut vormige aftekeningen, of samen geklonterde vlekken, het

liefst in twee kleurschakeringen.

De Bengaal is genetisch een zwarte kat met een uitzonderlijke graad van

rufisme. De kleur zwart troont alle nuances van zwart tot warm lichtbruin

(cinemon). Een diepe warme grondkleur verdient de voorkeur, variërend

van geelbruin tot warm abrikoos. De grondkleur moet wel

warm zijn maar niet te warm, anders zouden de vlekken te bruin worden

in plaats van zwart waardoor het contrast met de grondkleur zou

verdwijnen. Over de gehele vacht kan een gouden gloed liggen, ook

wel glitter genaamd. Verplicht is een gevlekte buik het liefst met een

ritssluiting vorm, een patroon van een in de lengte buik georiënteerde vlekjes ( spots) met aan weerszijde uitstekende afgeplatte vlekjes die in de breedte wijzen.

Black Tabby Marbled

Het marbled patroon vererft recessief ten opzichte van het spotted patroon. Marbled en spotted Bengalen komen wel eens voor in eenzelfde nest. Ook als beide ouders spotted zijn en beide het gen marbled dragen, kunnen er marbled kittens in een nestje voorkomen. De Bengaal heeft een zeer zachte vacht en men spreekt bij een Bengaal eigenlijk niet over een vacht maar over een pels. Deze is zeer kort, dik, vol en goed gesloten en is zeer typisch voor een Bengaal. De Bengaal heeft ook relatief weinig vacht verzorging nodig en het is dan ook af te raden de vacht vaak te wassen, kammen of te borstelen.

glitter

KLEUREN

De volgende kleuren zijn officieel erkend:

Black Tabby
– De ondervacht is van licht crème tot geel/bruin en de spots of rozetten zijn donkerder van kleur, er moet een duidelijk contrast zichtbaar zijn. De Black Tabby Bengaal heeft veel verschillende vachtpatronen.

Snow
– Snow heeft een lichte ondergrond die kan crème, licht gebronsd of ivoorkleurig zijn. Ze kunnen zowel spotted als marbled zijn. Snow is onderverdeeld in 3 soorten;

1. Seal lynx
– De oogkleur is bij Seal Lynx is blauw. Deze Bengaal bezit 2 genen van een Siamese kat.

2. Seal mink
-Bij Seal Mink is de oogkleur Aqua (blauw/groen). Deze Bengaal bezit 1 gen van de Burmese kat en 1 gen van een Siamese kat.

3. Seal sepia
– Bij de seal sepia is de oogkleur goudkleurig. Deze Bengaal bezit 2 genen van de Burmese kat.

Zilver
– Zilver is een dominant gen (Inhibator) en maar 1 ouder hoeft het zilver te dragen om zilvere kittens te krijgen. Een Bengaal draagt zilver als hij zilver is en anders niet. Dit gen remt de pigmentvorming van de haren bij de wortel dusdanig dat er daar helemaal geen pigment meer is met als gevolg dat maar een deel van de vacht kleur heeft. Dit zijn de uiteinde van de haren. De haren zijn bij de schacht grijs of wit en een zwarte haarpunt. Tarnish bij zilver is het doorkomen van de bruine basis vachtkleur. Voornamelijk te zien bij de poten en onder de kin.

De volgende kleuren zijn (nog) niet officieel erkend:

Albino
– Een Albino Bengaal heeft geen zichtbaar patroon en ze zijn er in 2 soorten, rode ogen en blauwe ogen. Albino katten hebben vaak een zwakkere gezondheid en dat uit zich in doofheid, huidproblemen en zichtproblemen. Huidproblemen zijn onder andere zeer gevoelig zijn voor zon en licht. Albino komt zeer zelden voor bij de Bengaal.

Blauw
– Blauw is een recessief gen (diluted) en is daarom alleen te krijgen als beide ouders 1 of 2 blauwe genen bezit. Bij een Blauwe Bengaal is de kleur niet gelijkmatig verdeeld over het haartje, maar klonteren de pigment korrels ongelijkmatig aan mekaar. Wanneer dit gebeurt passeert er meer licht door het haar en de kleur lijkt daardoor lichter. Een Blauwe Bengaal heeft perzikkleurige ondertonen en zijn zacht grijs/blauw van kleur. Het contrast van het patroon op een lichtere ondergrond verdwijnt voor het grootste gedeelte. Net zoals de karakteristieke gezichtsmarkeringen.

Chocolate
– Het chocolate gen is recessief. Een chocolate Bengaal heeft een bruine staartpunt en bruine voetzolen. Dit is het grote verschil met een Black Tabby Bengaal.

Cinnamon
– Het cinnamon gen is recessief. Een cinnamon Bengaal heeft een kaneelkleurige staart en kaneelkleurige voetzolen. Dit is het grote verschil met een Black Tabby Bengaal.

Zwart/ Melanistisch
– Het zwarte gen is recessief, ook wel bekend als melanistisch. Melanisme wordt veroorzaakt door het non-agouti gen. Een Zwarte Bengaal heeft geen patroon. Als ze klein zijn zie je bij sommige wel een ghostmarking. Om zwart/ melanistisch te zijn, heeft dient de kat 2 x het non agouti gen te dragen.

Charcoal
– Het charcoal ( Apb ) gen is een recessief gen dat in combinatie met het zwarte/ melanistische gen de kleur charcoal maakt. Dit houdt in dat een Bengaal met 2 x het Apb gen, geen charcoal Bengaal is. Hiervoor is echt de combinatie noodzakelijk.